Lawsonia intracellularis, beter bekend als de PIA-bacterie, veroorzaakt vaak ongemerkt schade op vleesvarkensbedrijven. Hoe groot is de impact op uw bedrijf? Dierenarts Nico Wertenbroek van MSD adviseert de besmettingsgraad regelmatig te onderzoeken. “Voor weinig geld heb je veel duidelijkheid.”
De dierenarts legt uit dat speekselonderzoek de aanwezigheid van Lawsonia in een vroeg stadium aan het licht kan brengen. “Besmette varkens scheiden de bacterie uit met de uitwerpselen. Andere varkens snuffelen eraan en nemen zo de bacterie via de bek op. Door speekselonderzoek met behulp van speekseltouwen is aan te tonen of er een besmetting is én hoe zwaar deze is. Zo kun je bepalen of actie nodig is. Hang de touwtjes op bij verschillende leeftijdsgroepen en je krijgt ook meteen een beeld op welke leeftijd een eventuele besmetting plaatsvindt. Dat is weer belangrijk om de vaccinatiestrategie te bepalen. Is vaccineren verstandig? Of als je al vaccineert, is het huidige vaccinatiemoment optimaal?”
Subklinisch, chronisch en acuut
Lawsonia is op 95 procent van de Belgische vleesvarkensbedrijven aanwezig. Maar lang niet altijd is dit te zien. In dat soort gevallen is er sprake van een subklinische infectie. Het immuunsysteem van het varken gaat de bacterie dan te lijf. De infectie heeft een negatieve invloed op de groei en voederconversie en de uniformiteit van de biggen. Als het immuunsysteem onvoldoende vat krijgt op de ziekteverwekker, dan kan de bacterie zich snel vermenigvuldigen en de darm aantasten. In dat geval spreken we van een chronische infectie. Die zorgt voor een minder goede darmwerking.
Een chronische infectie geeft waterige, dunne tot pasteuze mest, lusteloze biggen die niet willen eten, een verminderde groei en verminderde uniformiteit. Een subklinische infectie kan ook omslaan in een acute infectie. Die ontstaat op een leeftijd van vier tot twaalf maanden. U herkent zo’n infectie aan de bloederige tot zwarte mest en plotselinge hoge sterfte. “We zien acute infecties nogal eens in de laatste anderhalve maand voor afleveren. De besmetting is dan echter al veel eerder ontstaan. Een stressmoment, bijvoorbeeld het bepalen van een nieuwe rangorde doordat er al varkens uit een hok zijn afgeleverd, kan een trigger zijn voor de infectie”, vertelt Wertenbroek.
Vaccineren tegen PIA kan geld opleveren
Wertenbroek is van mening dat het juist nu, met de huidige voerprijzen, extra interessant is om te kijken naar de vaccinatiestrategie tegen PIA. “Het rendeert al snel. PIA zorgt voor een minder goede voerbenutting. De voerconversie stijgt en dat merk je als varkenshouder nu extra. We hebben in 2021 in Nederland uitgebreid onderzoek gedaan naar de aanwezigheid van Lawsonia op zeventig vleesvarkensbedrijven die niet vaccineren tegen PIA. Daarnaast hebben we berekend wat vaccineren netto kan opleveren. Dit varieerde van 2,38 euro per afgeleverd varken op bedrijven met een groei van meer dan negenhonderd gram per dag, tot maar liefst 6,50 euro per afgeleverd varken op een bedrijf met een groei tot achthonderd gram per dag.”
In België is vooral de sluimerende, subklinische, PIA op bedrijven aanwezig. Daardoor wordt PIA vaak niet opgemerkt, terwijl het wel schade veroorzaakt.
Juiste moment belangrijk
Om de vaccinatie goed te laten werken, is het belangrijk te weten wanneer een besmetting plaatsvindt. Het duurt namelijk drie weken voor een vaccinatie tegen Lawsonia werkt. Daarom adviseert Wertenbroek bij tijd en wijle een profiel te maken van de PIA-situatie op het bedrijf. Met een speekselkit kan dit eenvoudig. “Hang bij verschillende leeftijdsgroepen elk drie speekseltouwtjes op. Wij kunnen het speeksel hieruit onderzoeken op aanwezigheid van de Lawsonia-bacterie. Zo kunnen we precies zien op welke leeftijd een besmetting plaatsvindt. Voor honderdvijftig euro heeft de varkenshouder duidelijkheid. Hij weet of en wanneer er gevaccineerd moet worden.”
Om te illustreren hoe belangrijk het is om het goede vaccinatiemoment te bepalen, geeft de dierenarts een vleesvarkensbedrijf als voorbeeld waarbij op tien weken nog niets aan de hand leek. De biggen waren op dertien weken zwaar positief. Dat betekent dat biggen op dit bedrijf al voor de tiende week moeten worden gevaccineerd. Het duurt namelijk zo’n drie weken voor het vaccin werkt. Dat zou inhouden dat vaccinatie moeten plaatsvinden voor ze in de vleesvarkenstal zijn. Op niet-gesloten bedrijven kan dit dus betekenen dat de fokker dit moet doen. “Vaccineren tegen PIA is al snel rendabel. Praktisch geen enkel bedrijf in België is er vrij van. Het bepalen van het juiste moment is belangrijk. Kijk daarom met de eigen dierenarts naar de PIA-situatie op het bedrijf. Wij ondersteunen graag met het speekselonderzoek”, besluit Wertenbroek.
Tekst: Gerben Hofman