Uit nieuwe inzichten van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) blijkt dat hekken kunnen helpen de verspreiding van Afrikaanse varkenspest te beheersen, maar dat ze in combinatie met andere maatregelen moeten worden gebruikt. De meest recente analyse wijst ook op de potentiële rol van insecten bij de verspreiding van het virus, verder onderzoek is hierbij nog nodig.
De belangrijkste bevindingen van het EFSA-verslag zijn:
Omheiningen en andere maatregelen
Hekken, in combinatie met ruiming, karkassenverwijdering en bestaande weginfrastructuur, kunnen helpen bij het beheersen van Afrikaanse varkenspest bij wilde zwijnen. Het succes ervan hangt echter af van tijdige implementatie, aanpassingsvermogen aan veranderende epidemiologische situaties en regelmatig onderhoud. Natuurlijke barrières zoals grote rivieren of stedelijke gebieden kunnen ook de beweging van wilde zwijnen beperken.
Dichtheid van wilde zwijnen
Hoewel de dichtheid van wilde zwijnen een relevante factor is, vond de analyse geen duidelijk en consistent effect. Andere factoren zoals habitat, klimaat en potentiële barrières spelen ook een rol bij de verspreiding van het virus, maar er zijn meer gegevens nodig voor een uitgebreid begrip.
Immunocontraceptie
De deskundigen van de EFSA hebben gekeken naar het gebruik van immunocontraceptie om populaties wilde zwijnen te verminderen. Ze vonden dat er meer onderzoek nodig is om een veilig en effectief oraal vaccin te ontwikkelen. Bij dergelijke inspanningen moet onder meer rekening worden gehouden met milieueffecten op lange termijn.
Insectenvectoren
Het rapport onderzocht de rol van teken en insecten als potentiële virusdragers. Hoewel teken de afgelopen tien jaar niet verantwoordelijk zijn geweest voor de verspreiding van het virus in de EU, blijft de rol van bijtende vliegen onzeker en vereist dit nader onderzoek.
Gedomesticeerde varkens
Voor tamme varkens zijn strenge bioveiligheidsmaatregelen en bepaalde beheerspraktijken van cruciaal belang om de introductie van het virus op landbouwbedrijven te voorkomen. Dit omvat de veilige opslag van strooisel, het gebruik van insectennetten en het vermijden van de verspreiding van mest van nabijgelegen boerderijen, vooral in gebieden waar AVP circuleert.
Lopende inspanningen
De deskundigen van de EFSA blijven risico- en beschermende factoren voor AVP bij zowel tamme varkens als wilde zwijnen evalueren en identificeren. Deze lopende werkzaamheden omvatten monitoring en rapportage om kennis op te bouwen en informatie te verstrekken over de Europese inspanningen ter bestrijding van AVP.
Bron: EFSA