In de Benelux testen vrijwel alle varkensbedrijven positief als het gaat om mycoplasma. Hoe infecteren de varkens zich en hoe kun je dit preventief aanpakken? Dierenarts Tom Meyns frist onze kennis over mycoplasma-infecties bij varkens op. Hij vertelt welke voordelen het heeft om vroeg te vaccineren.
Mycoplasma hyopneumoniae is een belangrijke veroorzaker van luchtwegproblemen bij varkens en komt op vrijwel elk varkensbedrijf in de Benelux voor. Besmetting vindt veelal plaats op het zeugenbedrijf. Om daar wat tegen te doen is het van belang om te weten wanneer die besmetting plaatsvindt.
Besmetting in kraamstal
Mycoplasma wordt overdragen via dier-op-dier contact. In veel gevallen vindt de infectie al in de kraamstal plaats. De bacterie wordt dan overgedragen van de zeug op de big. “Hoe jonger de biggen zijn als de besmetting plaatsvindt, hoe hoger het percentage positieve dieren op het eind van de mestronde”, vertelt Meyns. “En hoe vroeger besmet des te groter de klinische symptomen zijn.”
Besmettingsrisico biggenopfok
Een tweede periode waarin biggen een verhoogd risico lopen besmet te raken, is tijdens de biggenopfok. Hier komen vaak biggen van verschillende tomen samen waardoor niet-besmette biggen in contact kunnen komen met positieve biggen. De infectiedruk (het aantal kiemen dat besmette biggen uitstoten) is een belangrijke factor in het wel of niet positief worden van een big. Het is bekend dat gelten meer kiemen uitscheiden dan zeugen waardoor het risico op positieve biggen bij gelten groter is.
Twee vaccinatiemomenten
Door te vaccineren, kun je varkens beschermen. In de praktijk zien we dat zeugenhouders in Benelux kiezen uit twee verschillende vaccinatiemomenten. Of op heel jonge leeftijd, al in de eerste levensweek, of rondom het spenen. Varkensdierenarts Meyns geeft aan dat vaccinatie op jonge leeftijd veel voordelen heeft. “Dan zijn de biggen eerder beschermd. Ze hebben dan een actieve immuniteit op het moment van spenen en verplaatsen naar de biggenopfok”, vertelt hij. Een tweede voordeel van vroeg vaccineren is dat de biggen kort na de geboorte over het algemeen nog heel gezond zijn en geen co-infecties of diarree hebben. Zonder die co-factoren zijn de biggen beter in staat om immuniteit op te bouwen.”
Immuniteitsopbouw in de eerste week
Hoe zit het met de immuniteitsopbouw bij een vroege vaccinatie en de beschermingsduur? “Onderzoek heeft aangetoond dat biggen op jonge leeftijd al uitstekend in staat om immuniteit op te bouwen tegen mycoplasma. Aangetoond is dat vaccins die in de eerste levensweek worden toegepast vaak voldoende immuniteit kunnen geven totdat ze naar de slacht gaan”, vertelt Meyns. Een ander voordeel van vroege vaccinatie is arbeidsgemak. “In de eerste levensweek neem je als zeugenhouder de biggen vaak toch al ter hand.”
Gebruiksgemak versus zekerheid
Varkenshouders die kiezen voor een vaccinatiemoment op 3 weken of rond het spenen doen dat veelal vanwege gebruiksgemak. Het vaccin wordt dan veelal gecombineerd met een ander vaccin, bijvoorbeeld een circovaccin. Volgens Meyns is dit vaccinatiemoment geschikt voor bedrijven waar weinig vroege infecties voorkomen en waar een lage infectiedruk heerst. Als je niet zeker weet wanneer de infecties op je bedrijf plaatsvinden en om risico’s te vermijden, speel je volgens Meyns op safe door in de eerste week te vaccineren. “Dan zijn de dieren voor het spenen beschermd en de meeste gevallen tot aan de slacht.”
Meer informatie over mycoplasma
Beluister de Swinetalks podcast
MM-32995