Als 2 gelijkaardige virussen, bijvoorbeeld PRRSV AA en PRRSV BB samenkomen in een cel, kunnen zij “samensmelten”. Hierdoor ontstaat een derde gelijkaardig virus (PRRSV AB) dat delen bevat van de 2 andere stammen maar toch andere eigenschappen kan hebben. Dit nieuwe virus kan namelijk gevaarlijker zijn dan beide ouderstammen (en bv. veroorzaker zijn van een abortusstorm). Dit fenomeen noemt men recombinatie. Het komt frequent voor bij PRRSV, wat één van de redenen is waarom het controleren en uitroeien van het virus zo moeilijk is.
Zelfde PRRSV-vaccin bij biggen, zeugen en opfokgelten
Aangezien we vaak werken met levende vaccins, kan dit dus ook gebeuren met vaccinvirussen. Dit kan voorkomen als men op hetzelfde varkensbedrijf bv. op minder dan drie maanden tijd twee verschillende levende PRRSV-vaccins gebruikt of tegelijkertijd met 2 verschillende levende vaccins aan de slag is (bvb vaccin A bij de zeugen en vaccin B bij de biggen). Recombinatie tussen vaccinvirusstammen moeten we verhinderen. Daarom is het verstandig om steeds hetzelfde vaccin te gebruiken zowel bij de biggen als bij de zeugen en opfokgelten.
Lees het advies van het fagg: https://www.fagg.be/nl/news/recombinante_vaccinstam_afkomstig_van_levend_verzwakte_prrsv_vaccins_bij_varkens