Uit de berekening van de conjunctuurindex van de maand maart 2019 door het vakblad VARKENSBEDRIJF blijkt dat de OVR-ZEUGENBEDRIJF als eerste sinds lang een positieve marge heeft. Sinds mei vorig jaar om exact te zijn. Ook de andere bedrijfstakken zien de nulgrens met rasse schreden naderen. De OVR voor april zal ongetwijfeld geen negatieve getallen meer vertonen.
Het kon hoe dan ook niet anders dan dat de veer eens moest breken. De slechte periode achter ons heeft veel, zeer veel schade berokkend met als gevolg een gevoelige productiedaling in sommige delen van Europa. Duitsland heeft in bepaalde gebieden tot 20 procent minder zeugen.
Dit is uiteraard nefast voor de voorziening van vlees een jaar later. Dit fenomeen, samen met de Chinese varkenspestepidemie heeft ervoor gezorgd dat de prijzen de laatste weken pijlsnel in de hoogte schoten. Aangezien de voerprijzen de daling ongestoord verder zetten is het effect dubbel.
Voor de OVR-GESLOTEN-BEDRIJF zijn de voerkosten in 3 maanden met 7 euro gezakt terwijl de opbrengsten 14 euro per dier zijn gestegen. Dat maakt een dikke 20 euro per verkocht dier. En het gaat maar door. Dus de cijfers voor april zullen nog veel beter zijn.
Maar het belangrijkste is dat de verbetering in de markt zeer substantieel is. Her en der wordt zelfs gesuggereerd dat de prijzen voor minstens een jaar goed zullen zijn. De vraag vanuit Zuidoost-Azië is dan ook groot, met als voornaamste afnemer nog steeds China. En de AVP zal dit nog aanscherpen.
Voor de volledige berekening klik Conjunctuurbarometer maart 2019
Bron: Pol Meerschman voor Varkensbedrijf België – editie april 2019