De conjunctuur van de varkenssector kende in de voorbije maand juni een lichte opwaartse correctie na enkele desastreuse weken. Vervolgens stabiliseerde de situatie. Alle OVR’s lieten dan ook een lichte opwaartse correctie optekenen.
De OVR-GESLOTEN BEDRIJF recupereerde lichtjes waarbij ook het saldo opnieuw positieve cijfers liet optekenen. De OVR-ZEUGENBEDRIJF stabiliseerde op een licht positief niveau. Maar het grootste effect zien we bij de mesters, waar het saldo weliswaar nog steeds rood kleurt.
Maar als je denkt dat het ergste leed geleden is, net dan slaan de corona-perikelen nóg harder en ongenadiger toe dan voordien. De problemen bij Westfleisch en nadien enkele Nederlandse slachthuizen waren nog maar net “opgelost”, of de sluiting van Rheda – de grootste slachtlocatie van Tönnies – sloeg afgelopen maand in als een bom. Radio, televisie en kranten berichtten er uitvoerig over. En alsof dat nog niet voldoende was om de markt volledig te ontregelen, sijpelden eind juni-begin juli berichten binnen dat China de import van varkensvlees opschortte vanuit diverse Europese slachthuizen.
Wat dit allemaal betekent voor de varkensmarkt, de biggenmarkt en de vleesmarkt blijft onduidelijk. Maar dat het geen goed nieuws is, is zonneklaar. Tot nu toe konden de positieve fundamenten onder de markt – een laag aanbod varkens in Europa en grote vraag vanuit China – de markt enigszins stutten. Maar nu is het alle hens aan dek.
Het worden uitdagende weken …
Voor de volledige berekening klik Conjunctuurbarometer juni 2020
Bron: naar Bart Teuwen in Varkensbedrijf juli 2020