ILVO krijgt de opdracht om te kijken in welke mate de ammoniak die door luchtwassers uit stallucht wordt gefilterd tot nieuwe grondstoffen kan leiden en of dit op verschillende terreinen een win kan opleveren.
Er zullen verschillende scenario’s onder de loep worden genomen. Tot nu toe gebruikt men de stikstof opgevangen in luchtwassers rechtstreeks als minerale meststof. De nieuwere denkpiste is dat deze stikstof ook als groeimedium voor nuttige bacteriën kan dienen in een gecontroleerd fermentatieproces. Het resultaat is dan een microbiële biomassa (‘single cell protein’) die in aanmerking komt voor hoogwaardigere toepassingen.
Er zijn echter nog technische vraagtekens bij dat proces. Welke andere voedingsstoffen hebben de bacteriën in de fermentor nodig om te groeien, en komen goedkope reststromen uit de voedings- of chemische industrie hiervoor in aanmerking? ILVO gaat ook inschatten hoeveel extra verwerking en energie nodig is om tot bruikbare biomassa te komen, en welke hordes een potentiële verwerker moet nemen voor hij het eindproduct op de markt krijgt.
Omvorming tot organische meststof
Er is veel vraag naar traag werkende, organische meststoffen. Zij kunnen immers ook het organische koolstofgehalte in de bodem verhogen, de bodemkwaliteit verbeteren en het bodemleven stimuleren. Microbiële biomassa uit de fermentatie van stikstof heeft dit potentieel en zou dus voor een stuk de dalende beschikbaarheid van bloedmeel en hoornmeel kunnen opvangen. Maar ook hier rijzen vragen. Wat zijn de voor- en nadelen van deze nieuwe organische meststof, bv. ten opzichte van bestaande meststoffen? En is toepassing in de praktijk op korte termijn haalbaar binnen de bestaande regelgeving?
Omvorming tot eiwit voor diervoeder
De eiwitbron in voeders voor varkens, pluimvee en rundvee moet een juiste aminozuurbalans bevatten. Het klassieke sojaschroot scoort op dat vlak erg goed, maar het gebruik ervan staat onder druk door de link met grootschalige boskap in Zuid-Amerika. Er zijn nu aanwijzingen dat microbieel eiwit een evenwichtig en goed verteerbaar alternatief zou kunnen zijn, en daardoor het aandeel soja in voeders voor varkens en pluimvee (in mindere mate voor herkauwers) zou kunnen vervangen. Bovendien zou het mogelijk de immuniteit van dieren verhogen, waardoor het zou kunnen bijdragen aan de verdere antibioticareductie in de veehouderij.
Ook hier zijn er echter nog vragen over de economische en de praktische haalbaarheid van opschaling en de regelgeving errond, naast pertinente vragen over de kwaliteit, stabiliteit en veiligheid van het microbiële eiwit in een evenwichtig rantsoen. De meest pertinente vraag is wellicht het totale plaatje: is het zinvol om stikstof op deze manier te gaan omzetten in andere moleculen? Levert het effectief een win op voor milieu en klimaat? Om dat te beoordelen zal ILVO de milieu-impact van de nieuwe organische meststoffen en eiwitbronnen uit de microbiële biomassa inschatten in vergelijking met die van bestaande meststoffen en eiwitbronnen en alle bijbehorende productieprocessen, aan de hand van een levenscyclusanalyse.
Doel is om na 8 maanden een rapport klaar te hebben met inschatting van de algemene haalbaarheid en zinvolheid van de onderzochte scenario’s.
Bron : ILVO